Over (meerdere) voornamen

Geboortekaartje Sigrid (foto)Geboortekaartje Sigrid (tekst)

Voornamen, je krijgt ze van je ouders. Geïnspireerd door mode, traditie of fandom. De naam Doutzen bijvoorbeeld, die sinds de internationale doorbraak van model Doutzen Kroes, in Nederland aan populariteit gewonnen heeft. Zie: Meertens Instituut, naam Doutzen. Zelf heb ik, vernoemd naar Noorse schrijfster Sigrid Undset (1882-1949), ook een modenaam. Voor het midden van de twintigste eeuw kwam mijn naam in Nederland nauwelijks voor. Zie: Meertens Insituut, naam Sigrid. Mijn man Marten kreeg zijn naam door traditionele vernoeming van familieleden. Hij kreeg de naam van zijn opa (vaderskant) en overgrootvader (schoonvader van deze opa).

Dat de voornaam zelf iets kan zeggen over de tijd waarin iemand geboren is, was me al bekend. Zeker met modenamen zoals Doutzen of Britney (populair in 1999 en 2000) valt zeker iets over het geboortejaar te zeggen. Ik had er echter nog niet eerder over nagedacht dat dit ook geldt voor de hoeveelheid voornamen die iemand heeft. Gerrit Bloothooft en David Onland schreven daar vorig jaar een artikel over dat onlangs werd uitgeroepen dat beste artikel in het tijdschrift Names van 2016.

Ze onderzochten de voorkeur voor meerdere namen zowel per jaar als geografisch en concluderen dat religie een belangrijke rol speelt, met uitzondering van de meest recente periode. Protestanten begonnen pas in de negentiende eeuw met het gebruik van dubbele namen, terwijl katholieken steeds vaker voor drie namen kozen. Veelal was één van die namen 'Maria', hoewel dit bij jongens met name geldt voor het midden van de twintigste eeuw. Zie ook: Meertens Instituut, volgnaam Maria

Het artikel van Marc van Oostendorp naar aanleiding van deze publicatie toont een grafiek waarin vanaf 1760 tot nu het gebruik van meerdere voornamen is uitgezet. Daaruit blijkt dat het gebruik van één enkele voornaam vanaf 1760 is afgenomen tot een dieptepunt tussen 1940 en 1960. Daarna nam dit gebruik weer toe tot een hoogtepunt in de jaren '80 en '90 van de vorige eeuw. Dat maakt mij, met mijn enkele voornaam en geboren in 1988, tot een kind van mijn tijd. Mijn moeder Silvia, met haar enkele voornaam en geboren in 1955, behoort echter tot een minderheid van 25% à 30%. De meesten (35%) kregen rond 1955 twee voornamen en ook een groot gedeelte (25%-30%) kreeg er drie.

Reacties

Wees gerust. Je stamt uit eeuwenoude tradities van enkele voornamen. Weliswaar maar één ouder en één grootouder met een enkele voornaam, maar minstens de helft bij eerdere generaties. Vlak ook de specifieke vernoemingen niet uit. Je oom John Errol is genoemd naar een militaire kameraad van je opa in de tweede wereldoorlog. Ikzelf ben genoemd naar een oom Frans Christiaan de Roo die omstreeks mijn geboorte zo druk was met het bombarderen van Indonesiërs dat voor zijn leven werd gevreesd. Hij was overigens genoemd naar zijn moeder en bij zijn geboorte reeds overleden vader Frans de Roo. Mijn oom overleefde de politionele acties en noemde later zijn eerstgeboren zoon naar zichzelf zodat hij dubbel vernoemd is. Mijn ouders voelden zich inmiddels wel gedwongen ook mijn broertjes en zusje dubbele namen te geven. Marc van Oostendorp merkte dat al op. Mijn oom en tante, broer en zus van mijn vader Theo en kinderen van Theodoor hadden geen last van vernoemingsdwang. Tante Coks (Cornelia van Woerkom) noemde haar zoons naar Nederlandse schrijvers Menno, Friso en Halbo. Oom Kees van Woerkom trachtte zijn zoon een stoere Texelse naam te geven: Pieterjan. Helaas werd dat door de ambtenaar van de burgerlijke stand niet gepikt en moet Pieter Jan nu net als ik onterecht met twee voornamen door het leven.

Dat Pieterjan onterecht een dubbele voornaam heeft, wist ik natuurlijk. Maar je neven hebben ook dubbele voornamen: Menno Simon, Otto Friso en Halbo Paul. Ik weet niet hoe de familieleden van hun vader Paul (voluit Abraham Paul) heten, maar het lijkt logisch dat Halbo in zijn tweede naam naar zijn vader werd vernoemd. Tante Coks was dus toch niet helemaal vrij van vernoemingsdrang, denk ik.

Bij de voorouders van Theo en Theodoor is een dubbele voornaam inderdaad uitzonderlijk. Ook Frans de Roo komt niet uit een familie met dubbele voornamen, evenals zijn vrouw Christina Johanna Kluit. Zij en haar broers en zussen (geboren tussen 1881 en 1896) hebben echter wel allemaal twee voornamen. Wellicht toch ingegeven door de tijd dus, waarin de populariteit van een dubbele voornaam toenam. Naast hun zoon Frans Christiaan de Roo, kregen ook hun andere kinderen dubbele voornamen door vernoeming.

Reageer

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.